donderdag 16 juli 2009

FOTOARCHIEF


















Peter Bindels heeft  in zijn archief gezocht en kwam met de volgende foto's:

Foto 1:
Mijnheer Ficker staat te stoeien met het onderstel van een etalagefiguur.
Op de voorgrond staat Jenny van de Velde, achteraan links staat Helen Eggenkamp.
Tussen al de witte jassen staat Peter Bindels.
 (Met die lange, pluizige bakkebaarden).

Foto 2:
Deur naar het decoratielokaal:
In het deurportaal staan Helen Eggenkamp, Marijke Volkers, en Peter Bindels.

Foto 3:
Werfkelder: Met enige onregelmatigheid werden er feestjes georganiseerd in een van de Werfkelders aan de Oude Gracht, dit is een van die foto's.
Van links naar rechts:
Judith Everse (uit Oss), Anton Kipmulder, zittend Joop Smits. Op de bank: Peter Bindels, Jenny van de Velde.
Voor Peter B. op de grond: Rein van der Pol, rechts beneden met die krulbakkebaard Otmar van Hees. Op de rug gezien Truus van Dalsem en Betty van Haaften.

Foto 4:
Tekenlokaal:
Waarschijnlijk gemaakt tijdens het uitreiken van een rapport.
Van links naar rechts: Joop Smits, Jenny van de Velde, Judith Everse, achteraan Els van Breda en Helen, Peter Bindels, meneer Ficker, en de leraar Duits van Veen.



maandag 6 juli 2009

PRAATJE IN DE KROEG



























De tweede bijeenkomst werd vrijdagmiddag 3 juli vanaf 15.00 uur gehouden in Café Luxembourg aan het Spui in Amsterdam.
Vijf deelnemers leek mij een prima aantal.
Henze Pegman, Dirk Helsloot, Wilma Walhout, Stef van den Eijnden en Gerard Davelaar waren aanwezig.
Wilma was een 'mystery guest', de anderen wisten niet dat ze uitgenodigd was.
Rond kwart over drie waren de vier heren aanwezig en al spoedig in geanimeerde gesprekken gewikkeld.
Zelfs aan de naastgelegen tafel werden de oren gespitst.
Vrijwel direct was er een zekere vertrouwdheid, het is mij al vaker opgevallen dat, wanneer de juiste toon getroffen wordt, de jaren ongemerkt wegvallen, en iedereen is zoals hij altijd al was.
We vonden dat de absolute leeftijdstheorie van Harry Mulisch (de leeftijd die iemand altijd bezit, ongeacht zijn werkelijke leeftijd, Mulisch zegt dat zijn leeftijd 17 jaar is, dat is de leeftijd dat je geen kind meer bent, maar eigenlijk ook niet volwassen, en als iets heel onafhankelijks in de wereld staat), een kern van waarheid moet bevatten.
Rond vier uur kwam Wilma het café binnenlopen.
Ze werd natuurlijk hartelijk begroet en nam direct deel aan de gesprekken.
Als welkomsgeschenk kreeg ik een bundel van Cees Buddingh' "De wind houdt het droog" met een aantal fraaie gedichten:

Nogmaals de Mens

de mens is een vreemd wezen
hoe naakter men hem ziet
hoe meer hij in zijn hemd staat


Voor de deelnemers had ik een CD met een obscure verzameling nederlands talige liedjes meegenomen, de 'rafelranden en onderbuikgevoelens uit de nederpop'.
In mijn ogen een verzameling die de meeste liedjes van tegenwoordig overbodig maakt.
Ik was blij dat Stef ook gekomen was.
We konden veel details vertellen over zijn manier van entertainen in de klas, de twee jaar dat hij bij ons op school zat.
Hij was bijzonder verbaasd dat er zoveel was blijven hangen.
Zijn kleine voorstelling met de sinaasappel in het colbertje van de meester, zijn schijngevecht met niemand, alleen hemzelf voor de open klasdeur (hij kreeg forse klappen), de manier van reizen in de trein, met een meegebrachte asbak met leren banden en zijn acts bij het pompstation, waar regelmatig de motorkap van een auto opengetrokken werd, om met volslagen ontzetting een blik op de motor te werpen (er was niets aan de hand natuurlijk).
Ook Henze had verhalen, ik wist bijvoorbeeld niet dat hij, op een schoolfeest aan de Smijerslaan, bij het beslechten van een ruzie met een schilder, een forse wond aan zijn lichaam opliep, zonder dat hij het in de gaten had.
Geschampt met een gebroken bierfles.
Later werd de zaak in der minne geschikt.
Het werd gezelliger en zelfs een borrelplank kon de opgekomen honger niet stillen.
We besloten op zoek te gaan naar een eetgelegenheid, en na een korte wandeling over de grachten belandden we bij het Rakang Thai restaurant aan de Elandsgracht, waar we buiten verder konden kletsen en eten.
Tegen 21:30 vertrok iedereen weer.
Voor mij is het een waardevolle bijeenkomst geweest, toch eens verzinnen wat er verder gedaan kan worden
Gerard



























Impressie van Dirk:
Toen ik café Luxembourg inliep was ik erg nieuwsgierig wie ik zou aantreffen.
Maar er was nog niemand van het gezelschap gearriveerd.
Ik liep het café uit terug naar het terras.
Niemand, terwijl het drie uur was geweest.
Op dat moment zag ik in mijn ooghoeken een slank figuur door de zijingang naar binnen schieten.
Onmiddellijk herkende in Stef.
Ik omarmde hem (of eigenlijk hij mij), we gingen zitten en vroegen om bier.
Bijna direct ging het gesprek over de ziel van de mens die door de jaren heen niet of weinig verandert.
En we verbaasden ons over de tijdsprong die we aan dat cafétafeltje aan het Amsterdamse Spui ervoeren.
Het zette voor mij de toon van die middag en avond.
Even later kwamen Henze en Gerard en nog wat later Wilma (wat een verassing).
En het was geweldig, we voelden snel een sterke verbondenheid die stamde uit een ver verleden.
Naast het feest van herkenning en de oude (zeer grappige) verhalen, groeide sympathie voor elkaar en toen we later die dag ergens in de Jordaan zaten te eten, wilde iedereen dat deze ontmoeting een vervolg krijgt.

Wilma:
Vrijdag 3 juli, rond vier uur in café Luxembourg, heel voorzichtig door mijn wimpers kijkend (oh, God laat het nog leuk zijn... Nimeto-Middelbaar).
.....En daar zaten ze, Stef, Dick, Gerard en Henze J.
Het weerzien was hartelijk en een feest van herkenning.
De heren zaten al aan een biertje en de ene na de andere herinnering ging over tafel.
En ook wat het leven zoal gebracht en genomen heeft in de afgelopen, (bijna 40! jaar).
Natuurlijk ook veel vergeten of verdrongen, maar al pratend met elkaar kwam er veel boven.
Wat mij meteen weer een oud vertrouwd gevoel gaf, was het plezier zomaar, voor niets en om niets.
We zaten ergens met de wereld om ons heen als decor, en alle mensen om ons heen speelden met ons mee.
Noodweer op diverse plaatsen in het land, maar boven ons scheen de zon.
Dick was nog steeds, net als toen, de oudste, de aardigste, de sympathiekste ... etc. en Henze J, ‘business as usual’ steeds maar weer die artiesten, die hem opbellen... brood op de plank, hè?
En Stef, nou ja, er was geen deur waar zijn hand tussen kon klemmen, maar het zou zomaar kunnen.
En Gerard, uiterlijk zou ik hem zo niet meteen herkennen, maar zodra hij sprak, die stem... kon alleen maar Gerard zijn. Zijn haar van nu is de kleur van Bert toen, trouwens.
Lekkere drankjes, Thais eten, mooie verhalen, soms ook bekentenissen, stemmen, doorleefde gezichten, uitdrukkingen en... noem het maar de ‘zielen’ die niet echt ouder worden en van binnen ook helemaal hetzelfde blijven, gelukkig maar.
Het besef uit die tijd, dat ik het leven het liefste leefde als een scharrelkip, beetje van alles wat, van hier naar daar en met een plezierige eenvoud van het moment van de dag.
Lukte natuurlijk niet altijd... maar je weet dat het kan... dit heb ik sinds die schooltijd altijd onder handbereik proberen te houden.

Ergens op straat stonden we even stil, afscheid, wie loopt er mee naar het station, waar staat de auto etc... we keken om en stonden voor een bord: DE HEER IS MIJN HERDER.
God heeft humor.




























Thuisgekomen heb ik meteen weer mijn oude Nimeto-doos omgekeerd.
Een heleboel tekeningetjes, briefjes, kaartjes en aantekeningen bekeken. Allemaal stukjes van onze wereld van vreemde verzinsels, idealen, gekke situaties en uitspraken.
Mooie tijd, gekke types, blij dat ik daarbij was.
En gelukkig vanmiddag ook, laat dit niet ophouden, dit was veel te leuk.

Hoe voelt die bijna 40 jaar …
Op initiatief van Gerard Davelaar op 3 juli 2009 richting Spui in Amsterdam gereden.
Met hem, Stef en Dick bijeenkomen in kroeg.
Een gevoel van opwinding vooraf.
Hoe zou dat gaan?
Stef zie en spreek in nog dikwijls.
In verband met ons beider werk.
Ik ben zijn agent.
Waar we in de 2e van de Etaleursschool samen de klas vertegenwoordigden en een goed geolied duo vormden is het nu behalve zakelijk ook een mooie vriendschap.
Maar Gerard en Dick.
Dat was lang geleden.
Toen ik het café in kwam waren de anderen er al.
Al snel bleek de bijeenkomst een voor mij openbarende en heel waardevolle te worden.
Heel vertrouwd om enerzijds te bespreken wat ons vandaag de dag bezig houdt, maar vooral ook de vele anekdotes die over de tafel gingen.
























Grappig om te merken dat we alle 4 al bij aanvang opleiding wisten dat we nooit etaleur zouden gaan worden. Maar wat er wel voor ons in het verschiet lag was onduidelijk.
Wat we deelden was het feit dat de school op de een of andere manier van grote betekenis voor de rest van ons leven is geweest.
Mooie herinneringen aan de diversiteit aan docenten en medeleerlingen.
Eindelijk kon ik mijn verhaal kwijt over de wonderbaarlijke overgang naar het 3e jaar… (zie elders op deze site).
De rol die Stef daarin onbewust heeft gespeeld destijds.
Uiteraard heb ik het er met hem al veel vaker over gehad.
Ik merkte aan Gerard een mooie drive om zijn eigen verleden in kaart te krijgen. Ja anders stop je ook niet zoveel energie in dit alles.
En hij doet ook zoiets voor zijn Middelbare schooltijd.
Blij verrast was ik door de plotselinge verschijning van Wilma aan onze tafel.
Ik was even naar het toilet en toen ik terug kwam…. Daar zat ze.
Stralend en nog zo dezelfde van destijds.
Wat heb ik gelachen om al haar herinneringen die ze ophaalde over Stef zijn kolderieke uitspattingen op school.
En Stef viel van de ene verbazing in de andere.
Op de een of andere manier had hij een groot deel van zijn 2 jaar op onze school ‘gedelete’.
Hij ging er ook niet voor niets af na die 2 jaar.
En Dick vond ik tijdens onze ontmoeting een excentrieke oudere heer ‘met bolhoed’.
Bescheiden in zijn performance, maar zichtbaar genietend.
Heerlijk. Het etentje in de Jordaan: Thais.
Wie bedenkt dat er iemand bij zat die nooit Thais had gegeten???
Toch was het zo. En de verhalen gingen door en we vonden het alle vijf jammer dat Peter Walhout niet kon deze dag.
Dus met als gevolg dat het heeeel veel over hem ging.
Logisch, want Peter was in onze klas een fenomeen. I
k hoop dat ie de volgende keer wel aanwezig is.
Wie weet. En wellicht nog wat anderen van destijds.
Ruud Spall bijvoorbeeld.
Dat was toch een bijzonder joch in die tijd.
Hij gaat het geluid van de film hoop ik ophoesten. Dan kan ie compleet worden.
Het afscheid met vele knuffels was verwarmend. V
ier mannen van middelbare leeftijd en een dame van onbestemde leeftijd waar we alle 4 zo maar weer verliefd op werden… Zou hebben gekund.
Met een blij en voldaan gevoel rond een uur of 10 terug naar Woerden.
Wat is de tijd snel gegaan.
Niet alleen deze middag/avond.
De beelden van 40 jaar geleden waren weer fris in het geheugen terug.
Veertig jaar…. Dat kan zomaar een half mensenleven zijn.

Groet aan ieder die dit leest.
Henze

Ontmoeting na 40 jaar met 4 klasgenoten van de Etaleursschool in Utrecht.
1969 .. 1970.

Herinneren, 3 maanden geleden, een ontmoeting met 4 oud-klasgenoten in Amsterdam, ja, dat herinner ik me als een enerverend weerzien. Maar gaandeweg mijn ontmoeting met Dick, Wilma, Gerard en Henze bleek dat veel van 40 jaar geleden uit mijn herinnering was verdwenen.
Maar omdat we in een klein gezelschap waren konden we de diepte in gaan en werd het initiatief van Gerard om elkaar weer te zien een fantastische reis terug.
De verhalen van vroeger, sentimentaliteit lag om de hoek, en de korte levensverhalen van ieder, maakte de verbondenheid en vriendschap van toen weer voelbaar.
Stemmen, gebaren, typische eigenaardigheden veranderen niet of nauwelijks.
De luisterende houding van Dick, Henze's exploderende lach, Wilma's wijdse gebaren en grote ogen als ze vertelt, Gerard's grijns onder zijn snor. Wat heb ik genoten van Wilma's messcherpe herinneringen en vertelkunst met veel humor.
Dick, nog steeds grandioos in observaties en plots een grappige of zinnige opmerking.
Gerard's prettige recalcitrantie van toen was nu in verdiepte vorm de motor van onze ontmoeting.

Alleen Henze heb ik door de jaren heen af en toe ontmoet en de laatste 10 jaar zeer regelmatig.
Humor bond ons toen en nog steeds plus onze passie voor theater.
Gerard, dank voor je initiatief, het was een fantastische dag en ik hoop op een nieuwe ontmoeting in kleine bezetting maar dan ook met Elly. Elly, Elly! waar ben je? Kom je buiten spelen?

Stef, september 2009

KLEURENLEER






























Hoe Henze voorwaardelijk bevorderd werd naar het derde jaar. 
In het tweede jaar werd Henze erg in beslag genomen door zijn activiteiten voor het jongerencentrum in Woerden. 
Daardoor had hij natuurlijk minder tijd om zijn opdrachten voor school te doen. 
Tegen het einde van het leerjaar kreeg hij een onbehagelijk gevoel dat het wel eens mis zou kunnen gaan, dat hij zou blijven zitten, en dat zou vooral thuis veel problemen geven. 
Hij zocht uit wanneer de lerarenvergadering hierover zou plaatsvinden. 
Toen dat gebeurd was ging hij op zoek naar de tas van Stam, waar de genomen besluiten in moesten zitten. 
Toen hij de tas gelokaliseerd had nam hij de papieren snel door. 
Inderdaad, hij was de klos: blijven zitten! 
Henze had vooral de kleurenleer opdrachten van de heer Sieders slecht gemaakt, zijn werkstukken werden slechts beloond met een vier. 
Hij wist dat Stef ze wel goed gemaakt had, die had een acht gekregen. 
Als de wiedeweerga op de trein gesprongen en naar Soest gereisd, waar Stef nog steeds thuis woonde.

Na aanbellen bleek dat allen Stef's moeder thuis was. 
Zenuwachtig legde Henze uit dat hij echt dringend een opdracht moest opzoeken, en hij kreeg toestemming om in de kamer van Stef te gaan kijken. 
En zeker, hij vond de opdrachten. 
Thuis in Woerden werden de werkstukken uitgesneden  en opnieuw op karton geplakt. 
Daarna werden de opdrachten, met Henze's naam eronder in een lokaal aan de Kievitstraat onder in de kast gelegd. 

Het was nu wachten op de rapport uitreiking. 
Bij de uitreiking bleek, zoals verwacht, dat Henze was blijven zitten, vooral vanwege de onvoldoende voor de kleurenleer opdracht.
Henze ging direkt naar Stam om verhaal te halen, hij kon helemaal geen onvoldoende voor de opdrachten gekregen hebben, want hij had het goed gedaan, hij stond erop dat het uitgezocht werd. 
Stam was er niet erg van onder de indruk, maar toen er bij Sieders op zijn gemoed gewerkt werd, kreeg deze het benauwd: hij zou toch geen fout gemaakt hebben? 
Hij was hier altijd erg strikt in. 
Volgens Henze had hij Sieders met zijn opdracht in de hand zien staan en waar waren die nu gebleven? 
Laten we eens in de kast kijken, en ja hoor, daar kwamen de panelen weer te voorschijn. 
Nee, dat was niet echt een onvoldoende. 
Er werd een extra leraren vergadering belegd, waar uitkwam dat Henze voorwaardelijk bevorderd werd naar het derde leerjaar. 

De eerste stage van Henze was bij een winkel aan de Coolsingel in Rotterdam. Toen hij aankwam was de directeur afwezig, alleen de direkte chef wijdde Henze in. 
Let wel: lange haren, baard en vaal spijkerjack. 
Er moesten vooral veel etalagefiguren bijgeschilderd worden, en na vier dagen werd Henze bij de direkteur geroepen. 
Er was een ruim bemeten trappenhuis, waar de direkteur bovenaan stond te wachten. 
Toen hij Henze de trap op zag komen riep hij: "Wat doet DIT in mijn zaak?". 
Waarna Henze omhoog keek en terugriep: "Helemaal niets", zich omdraaide en de zaak verliet. 
Na overleg met Stam, mocht hij samen met Peter Walhout het proberen bij V&D aan de Lange Viestraat in Utrecht, waar ze verder een prima tijd hadden. 

De tweede stage was bij de NOB in Hilversum, waar Henze voor het eerst in aanraking kwam met het artiestenleven, waar hij nu nog steeds werkzaam voor is. 

(Het bovenstaand figuur is de kleurencirkel van Johannes Itten. 
Deze Zwitserse kunstenaar werd bekend met zijn theorie over kleur. 
De driehoek in het midden geeft de drie primaire kleuren weer. 
De driehoek die tegen elke zijde zit aangeplakt is de secundaire kleur die uit de twee aangrenzende kleuren ontstaat. 
De cirkel eromheen geeft 12 kleuren weer: de drie primaire kleuren en de mengvormen die er tussen bestaan).

DE TIJD VAN "HET GEDICHT"

WILMA:

Soms belde Stef bij mij thuis aan, bestelde bij mijn moeder een kopje óverhééerlijke koffie, en gaf vervolgens een voordracht van een gedicht, pakte de gitaar en speelde even ‘de blues’ en daarna ging hij weer op de fiets naar huis. ....
Dág mevrouw Smit, moeder van Wilmettes... mijn moeder (87) weet dit nog.
In tegenstelling tot mijn vader vond zij ons helemaal niet ... pas op, kijk uit.., ze lacht er nog steeds om.

Ik vond dit ‘juweeltje’ over de rommelmarkt, die bezochten wij vaak, meestal onder schooltijd.
























































Met Stef, (Steven) deelde ik naast de school, onze woonplaats, tevens de bank in de boemeltrein Soest-Utrecht.
En er was nog een overeenkomst: onze ouders.
Wat waren dié streng en helemaal uit de tijd!
Nou, de moeders, die vielen wel mee: koken, wassen, schoenen poetsen.., dat deden ze goed, maar onze beide vaders.., die waren zuur.
’Jongens en meisjes niet onder één dak, want anders...’.
Mijn vader had ook een mooie....’pas op met die feestjes.., jullie feesten véél te vaak..., dat worden straks orgieën.., seksorgieën’
Pas op, kijk uit.., zure opvattingen vonden we dat.
Al wandelend en pratend in de prachtige Soester Duinen hebben Stef en ik besloten dat we onze ouders maar net zo moesten gaan behandelen als in hun uitzichtloze meningen.
Stef besloot mijn vader voortaan per brief om gunsten te vragen.
Zo vroeg hij eens per brief of ik met hem uit mocht gaan en hoe laat hij mij dan weer thuis moest brengen.
Mijn vaders' reactie: ’doe maar een uur of half elf...’.
Stef hévig verontwaardigd: “meneerrrrrr Smit, dat is veeeeeel te vroeg en niet meer van deze tijd... op deze manier blíjft uw dochter haar hele leven een muurbloempje... en dat is dan úw schuld!

In de doos... jawel ik heb nog een briefje gevonden...
21 december, 10.45 uur, afzender Stef v.d. Eynden jr.
























Dinsdag 18 augustus 1970

“ Hééééé, jouw schoenen zijn gepoetst!!!!”
“Ja, dat heeft mijn moeder gedaan”
“........poetst jouw moeder jouw schoenen?”
“......mijn moeder is mijn slaaf!”
“...schop je haar weleens?”

Vakantie voorbij ..., 
Ik ben weer op school.











zondag 5 juli 2009

Hoe onze voornaam ‘VOORNAAM’ werd.

Een verschijnsel wat plaatsvond in de klas was het up- en downgraden van onze namen.
”Hoe heten jullie en waar wonen jullie...”, dat soort kleffe kennismakingspogingen in de kroeg.
Wilma herinnert zich zo’n type die maar niet ophield en uiteindelijk beet Elly hem nors toe ”dat ‘ie op moest rotten”.
Maar de heer liet zich zo niet wegsturen en bleef maar aandringen, ”zeg nou hoe je heet, bla, bla”.
En plotseling maakte Elly zich heel breed (voor zover dat kon), haalde diep adem en zei op ferme toon... ”ik heet Ellis”... en dat is... eh... ”Wilmettes” ... en nou oprotten.
Dat vonden we eigenlijk best goed gekozen, die namen, want wat hadden we toch allemaal gewone, simpele namen.
Daar konden we niets mee, ook niet beroemd worden.
Zo werd Stef ”Steven”, Hennie werd, nadat we zijn papieren ‘gecheckt’ hadden ”Henze J”, dat stond notabene in zijn eigen paspoort, dat ie dat nooit eerder gezien had, wie liet zich toch ”Hennie” noemen?
Tot op de dag van vandaag is hij dus ”Henze".
Ruud, daar konden we niet meer mee dan ”der Rudi”.
Peter moest makkelijker, ”Piet”, dat hoorde ook een beetje bij het soort gasten die hij af en toe te logeren had in die tijd.
Er zullen ongetwijfeld nog meer namen veranderd zijn.
Soms zetten we er ”ens” achter, dat klonk ook.