zondag 5 juli 2009

Hoe onze voornaam ‘VOORNAAM’ werd.

Een verschijnsel wat plaatsvond in de klas was het up- en downgraden van onze namen.
”Hoe heten jullie en waar wonen jullie...”, dat soort kleffe kennismakingspogingen in de kroeg.
Wilma herinnert zich zo’n type die maar niet ophield en uiteindelijk beet Elly hem nors toe ”dat ‘ie op moest rotten”.
Maar de heer liet zich zo niet wegsturen en bleef maar aandringen, ”zeg nou hoe je heet, bla, bla”.
En plotseling maakte Elly zich heel breed (voor zover dat kon), haalde diep adem en zei op ferme toon... ”ik heet Ellis”... en dat is... eh... ”Wilmettes” ... en nou oprotten.
Dat vonden we eigenlijk best goed gekozen, die namen, want wat hadden we toch allemaal gewone, simpele namen.
Daar konden we niets mee, ook niet beroemd worden.
Zo werd Stef ”Steven”, Hennie werd, nadat we zijn papieren ‘gecheckt’ hadden ”Henze J”, dat stond notabene in zijn eigen paspoort, dat ie dat nooit eerder gezien had, wie liet zich toch ”Hennie” noemen?
Tot op de dag van vandaag is hij dus ”Henze".
Ruud, daar konden we niet meer mee dan ”der Rudi”.
Peter moest makkelijker, ”Piet”, dat hoorde ook een beetje bij het soort gasten die hij af en toe te logeren had in die tijd.
Er zullen ongetwijfeld nog meer namen veranderd zijn.
Soms zetten we er ”ens” achter, dat klonk ook.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten